DE DWARSPEILING
Een dwarspeiling maak je als je hoog aan de wind vaart om te peilen waar je uitkomt als je overstag gaat en hoog aan de wind vaart over de ander boeg. Elke zeilboot is anders en ook de omstandigeheden spelen mee maar algemeen geldt dat een zeilboot hoog aan de wind ongeveer zo'n 45 graden ten opzichte van de windrichting zeilt. Van hoog aan de wind naar hoog aan de wind is dus ongeveer 45+45=90 graden, een haakse hoek. Door hoog aan de wind dus aan de loefzijde deze haakse hoek aan te wijzen, zien we waar we ongeveer uit komen als we overstag gaan. oefen dit vaak en onder verschillende omstandigheden. Hoe verder het doel is waar je naar toe wilt hoe later je overstag moet gaan nadat je het gekozen punt dwars peilt. ( achterlijker dan dwars ) Als het doel juist vlakbij is moet je al eerder overstag.(voorlijker dan dwars) Deze dwarspeiling is handig voor o.a. het aanleggen aan hogerwal, de man overboord manouvre en bij het zeilen van wedstrijd.